De muur waar de de executie plaatsvond, is nog een zeldzame materiële getuige van het oorlogsgeweld in de Tweede Wereldoorlog. De muurindeling wordt geaccentueerd door een tuinpoortje en drie rechthoekige spaarvelden. In de middelste is een arduinen steen opgehangen met het opschrift "Gedenk".
Bij de dorpskernvernieuwing in 2007 werden in de rijweg rode banen gelegd als symbool voor het vele bloed dat daar in mei 1940 stroomde.
Op 25 mei 1940 kwamen Vinkt en Meigem onder vuur te liggen. Duitse troepen namen Meigem in, maar Vinkt bleef in handen van de Ardense Jagers. Na meerdere mislukte pogingen om Vinkt in te nemen, groeide bij de Duitsers de overtuiging dat burgers op hen schoten.
Op 27 mei, na een dag van zware gevechten, bezetten de Duitsers rond 15.00 uur Vinkt. Hierop volgde een razzia: inwoners werden uit hun huizen gehaald, mannen gescheiden van vrouwen en kinderen. Oudere mannen werden aan de kloostermuur geëxecuteerd. Aan de pastorijmuur werden groepen van vijf neergeschoten, gevolgd door een gelijkaardige executie bij de tuinmuur van beenhouwerij De Laere.
In totaal werden op het dorpsplein 38 mensen vermoord; vier overleefden.
Eén dag later, op 28 mei, capituleerde het Belgische leger.
